
OECD-studie Ecosystemen
De relevantie van 'ecosystemen voor ondernemerschap' is verder gestegen doordat het concept centraal staat in een nieuwe onderzoekslijn van de OECD. De organisatie voor economische samenwerking en ontwikkeling heeft een flinke onderzoeksafdeling. Van hieruit is de pilotstudie Entrepreneurial Ecosystem Diagnostics gelanceerd. Met de belofte om verdere verdieping aan te brengen, ook op regionaal niveau.
Erik Stam (Universiteit Utrecht) definieert ecosysteem voor ondernemerschap als het 'geheel van afhankelijke actoren die zo op elkaar afgestemd zijn dat ze productief ondernemerschap mogelijk maken binnen een bepaald gebied.' Er worden veel modellen ontwikkeld en datasets opgebouwd om dit 'geheel' beter te begrijpen. De OECD studie kijkt voor 38 landen naar drie kerncomponenten: input, output en variatie.
Inputs hebben betrekking op tien essentiële elementen - instellingen, cultuur, netwerken, infrastructuur, markten, financiën, kennis, talent, leiderschap en intermediaire diensten.
Output geeft de prestaties van het ondernemerschap weer, met indicatoren zoals het aantal starters en overlevingskansen van bedrijven.
Variatie meet hoe ondernemerschap sociaal en regionaal is verdeeld, met aandacht voor inclusiviteit, vooral voor vrouwen, en de verdeling van startups over regio's.
Elke dimensie wordt op drie tijdstippen gevolgd om de evolutie en vooruitgang van het ecosysteem te volgen. Zo blijkt voor Nederland dat de elementen 'markten' en intermediaire diensten' goed ontwikkeld zijn. Meer gemiddeld zijn de elementen talent en leiderschap.
De studie is gericht op het faciliteren van een geïnformeerde dialoog en gerichte beleidsmaatregelen om dynamische en evenwichtige nationale ondernemende ecosystemen op te bouwen. Deze eerste editie is uitgebracht als een pilot en legt de basis voor toekomstige edities, met voortdurende verfijning van gegevens en analytische diepte om de relevantie en impact te vergroten.
