
Rapport Wennink: Nederlandse Vertaling van Draghi’s Oproep tot Investeren
In april waarschuwde oud-ECB-president Mario Draghi dat Europa economisch terrein verliest aan de Verenigde Staten en China. Zijn analyse was scherp: zonder grootschalige investeringen in technologie, productiviteit en strategische autonomie dreigt structureel welvaartsverlies. Met het Rapport Wennink – De route naar toekomstige welvaart ligt er nu een expliciete Nederlandse vertaling van die oproep, met directe relevantie voor regio’s buiten de Randstad, waaronder Noord-Nederland.
Het rapport, opgesteld onder leiding van Peter Wennink, stelt vast dat Nederland zijn huidige welvaartsniveau niet vanzelf kan vasthouden. Vergrijzing, oplopende zorg- en defensiekosten, de energietransitie en geopolitieke onzekerheid zetten het bestaande verdienmodel onder druk. Dit raakt niet alleen de nationale economie, maar juist ook regio’s waar economische ontwikkeling, arbeidsmarkt en publieke voorzieningen sterk met elkaar verweven zijn.
Van Europese diagnose naar nationale én regionale keuzes
Waar Draghi het probleem op Europees niveau adresseert, vertaalt Wennink de opgave naar Nederland. De kernboodschap is helder: om brede welvaart te behouden is een structurele economische groei van circa 1,5 tot 2 procent per jaar nodig. Die groei kan nauwelijks nog komen uit extra arbeid. Ook in Noord-Nederland is de arbeidsmarkt structureel krap en neemt het beschikbare arbeidspotentieel af. Productiviteitsgroei wordt daarmee de doorslaggevende hefboom.
Het rapport schetst een investeringsopgave van €150 tot €190 miljard in de komende tien jaar, grotendeels privaat, maar alleen haalbaar wanneer publieke randvoorwaarden op orde zijn. Voor regio’s als Noord-Nederland betekent dit dat investeringen niet los kunnen worden gezien van regionale ecosystemen, opleidingsstructuren en infrastructuur.
Strategische relevantie en regionale ecosystemen
Net als Draghi benadrukt Wennink dat het niet alleen gaat om economische groei, maar om strategische relevantie. Nederland moet voorkomen afhankelijk te worden van technologieën en productieketens die elders worden ontwikkeld. Dat is een nationale opgave, maar ook een regionale. Innovatie, energie-infrastructuur, digitale netwerken en kennisontwikkeling zijn geografisch gespreid.
Voor Noord-Nederland is dit herkenbaar. De regio speelt al een rol in onder meer energie, digitalisering, gezondheid en defensiegerelateerde innovatie. Het rapport onderstreept impliciet dat zulke regionale specialisaties geen bijzaak zijn, maar bouwstenen vormen voor nationale en Europese weerbaarheid.
Uitvoering als doorslaggevende factor
Een belangrijk aandachtspunt in het rapport is uitvoeringskracht. Trage vergunningverlening, complexe regelgeving en bestuurlijke fragmentatie vertragen investeringen. Juist buiten de Randstad is dit een bekend knelpunt. Zonder versnelling op dit vlak blijven ambities steken in plannen.
Daarom pleit het rapport voor meer regie, duidelijke prioriteiten en langdurige publiek-private samenwerking. Dat vraagt om samenhang tussen nationale keuzes en regionale uitvoering.
Vooruitblik
Het Rapport Wennink markeert daarmee geen eindpunt, maar het begin van een bredere discussie over de toekomst van de Nederlandse economie. De komende periode zal steeds concreter worden hoe deze nationale investeringsagenda doorwerkt op sectoren, regio’s en regionale ecosystemen. Ook voor Noord-Nederland roept dat fundamentele vragen op over productiviteit, specialisatie en investeringsprioriteiten.
In de komende weken verkent KenniswebNoord hoe deze inzichten uit het Draghi- en Wennink-rapport landen in specifieke sectoren en regionale opgaven in het Noorden.
