
Tekort aan technici in Fryslân
Over 15 jaar zal de omvang van de Friese beroepsbevolking met 32.000 werknemers gekrompen zijn, van 487 duizend nu naar 455 duizend in 2040. Denk aan het stadion van landskampioen PSV dat net niet helemaal vol zit. Dat komt door de vergrijzing die er tegelijkertijd voor zorgt, dat mensen vervangen moeten worden. Dat kan door de instroom van nieuwe generaties. Maar de dynamiek op de arbeidsmarkt geeft sommige bedrijven zorgen. Want niet in iedere sector staan er evenveel goed gekwalificeerde instromers klaar. Het Planbureau Fryslân (PF) heeft de vervangingsvraag van specifieke sectoren vergeleken met de instroom. Wat blijkt? Jaarlijks kan 5 procent van de hoogopgeleide technici en ICT'ers niet vervangen worden. Een andere conclusie is dat er meer behoefte is aan gespecialiseerde mbo'ers (niveau 4) dan mbo'ers op niveau 2 en 3. Jaarlijks kan bijna 2,5 procent van de mbo-4 banen in de techniek, bouw en procesindustrie niet vervangen worden.
Het afzetten van de vervangingsvraag tegenover de instroom is een mooie techniek om 'het tekort op de arbeidsmarkt' beter te kunnen begrijpen. Ook kan het agenderend werken op de mismatch tussen onderwijs (waarvoor we opleiden) en de arbeidsmarkt (waar bedrijven behoefte aan hebben). Het PF-artikel is geschreven door Gerian Kuiper. In Noord-Nederland zijn er meerdere onderzoekers bezig met de toekomst van de arbeidsmarkt, waarbij 'leven lang ontwikkelen' een samenbindend thema is. Voor de provincie Groningen wordt data verzameld en geduid, o.a. in een Talentmonitor. Vanuit de Hanzehogeschool wordt er op 5 juni een symposium georganiseerd over transities op de regionale arbeidsmark.
Figuur: Planbureau Fryslân. De figuur geeft het percentuele verschil weer tussen de jaarlijkse vervangingsvraag en jaarlijkse instroom vanuit het onderwijs als percentage van de werkgelegenheid. Een positief verschil geeft aan dat de vervangingsvraag een x-aantal procentpunt hoger ligt dan de instroom, een negatief verschil geeft het tegenovergestelde weer.